Home
KASHBA Asiatica
Ais Loupatty
Ton Lankreijer
Staalstraat 6
1011 JL Amsterdam
Open 12:00 – 17:00
Zondag / Sunday 14:00 - 17:00
Contact:
31-20 - 6 23 55 64
06 - 588 41 370
Onlangs kreeg ik deze oude prentbriefkaart cadeau. Altijd leuk om een oude foto te zien van een vertrouwde plek. Evenzo leuk als het vinden van antwoorden op de vele vragen die de kaart oproept.
- Waarom bestond er een ansichtkaart van een land dat geen reiziger toeliet?
In de tijd dat de ansichtkaart vanuit Brits-Indië werd verstuurd, waarschijnlijk rond 1900-1910, voerde Nepal al ongeveer een eeuw een gesloten-grenzen politiek.
Door jaarlijks enkele bataljons Gurkha-soldaten te ronselen voor het Brits-koloniale leger bleef de zuidgrens ongemoeid. En met de Himalaya als ijzige noordgrens kon de elite tamelijk zorgeloos in het zadel blijven.
Een klein, arm land kon buitenlanders - anders dan bureaucratische gezanten of vaklieden en entertainers om het leven in de paleizen te veraangenamen –– beter niet de grens over laten ten tijde van The Great Game.
Zelfs buitenlandse vorstenhuizen werden voor de jacht op olifanten, tijgers en neushoorns zelden verder genodigd dan het voorgebergte.
Een gesloten-grenzen politiek was het enige verweer voor landen als Tibet en Nepal tegen de overmacht aan betere wapens en grotere legers van China, Rusland en Groot-Brittannië.
In de tijd dat deze kaart werd verstuurd, was het verzamelen van ansichten wereldwijd een rage. Menig gezin legde plak-boeken aan om ze te bewaren en te koesteren. Er bestonden gespeciali-seerde tijdschriften, ruilbeurzen en reizende tentoonstellingen met duizenden kaarten.
Men hoefde niet zelf de gefotografeerde locatie op een ansicht te hebben bezocht — het was de begintijd van de reisfotografie.
Alles-elders was interessant om een foto van te zien en te bewaren.
Kaartuitgevers stuurden fotografen op pad om concurrenten te kunnen aftroeven met een nog grotere keuze aan highlights. In 1910 adverteerde een uitgever in Detroit, bijvoorbeeld, met zo’n zestienduizend views.
Plaatselijke middenstanders van afgelegen dorpjes in Europa stuurden zelf foto’s van hun omgeving naar de kaartuitgevers.
Immers, àls een reiziger hun dorp bezocht, kocht hij meteen meerdere kaarten want het was uiteindelijk toch interessanter als je er wèl was geweest.
De wereldwijde verzamelmanie eindigde tijdens de eerste wereldoorlog.
In 1861, het jaar dat het post-systeem in India z’n intrede deed, haalde het aantal briefkaartjes — met alleen een korte boodschap erop — meteen een miljoenen oplage. Te samen met 43 miljoen brieven en 4,5 miljoen kranten.
Het was de goedkoopste manier om iemand verderop of ver weg iets in eigen bewoording te laten weten zonder er persoonlijk naar toe te hoeven.
Overigens: veelal zonder een postkantoor in de buurt. Geen idee hoe men dit organiseerde, maar ik veronderstel dat het in de buurt komt van de bekende documentaire over het dagelijks afhalen en bezorgen in Mumbai van
zo’n tweehonderdduizend thuis bereide lunches – veg, non-veg, brahmin, enzovoorts - bij de scholieren en kantoorlieden voor wie ze bestemd zijn.
Na introductie in India werd de ansichtkaart als een luxere uitvoering van het kale schrijfkaartje beschouwd. Aanvankelijk kwamen uitgevers technisch niet verder dan het laten drukken van tekeningen, al dan niet ingekleurd.
Een fraaie, geïmporteerde foto van een belangrijke, boeddhistische plek zal de binnenlandse markt zeker hebben aangesproken, ook al lag de stupa ver weg in een onbereikbaar gebied.
Britse kolonialen, zeelieden en reizigers kochten en verstuurden ansichten naar verzamelende vrienden en familieleden. Weinigen van hen zullen hebben geweten dat Nepal net zo gesloten was als vele andere delen van India en Burma waar het Britse leger hun verdere doorgang domweg zou ontzeggen.
Met de uitheemse zegels voorop – filatelistisch gefrankeerd – kan de kaart fraai in het album worden plakt.
Vreemd is wel dat de afzender G.V.S. achterop schrijft, Gratuit Valeur Sceau, oftewel vrij van porto –– omdat de zegels aan de voorkant geplakt zitten?
Seth was in India ooit een titel voor geldschieters, maar is reeds lang een doorsnee naam voor Hindoes en Jains. Het Back Road ligt tegenwoordig in een dure wijk. Het adres is opgeslokt door een bedrijf met meerdere gebouwen. Mijn lunch time mail to a puzzles loving employee bleef helaas onbeantwoord.
- Waarom werd een ansichtkaart van Nepal gedrukt in Luxemburg?
De fotogravure werd pas goed ontwikkeld door de Tsjech Karel Klí. Duitse drukkerijen wisten de lithografische reproductie echter te perfectioneren.
Dankzij hun kwaliteit konden ze de ansichtmarkt tijdens de eerste vijftien jaar van wereldwijde verzamelwoede
behouden. Het merendeel van de zevenhonderd miljoen postcards die in 1908 binnen de Verenigde Staten werden verstuurd, werd in Duitsland gedrukt.
Landen als Oostenrijk, Engeland, Frankrijk en Luxemburg drukten kwalitatief minder maar goedkoper. Wellicht om de kaarten ondanks extra verschepings-kosten betaalbaar te houden, bestelden Indiase uitgevers als The Phototype Company in Bombay liever in een van deze landen.
- Waarom spelde men Kathmandu als Katmandoo?
Niemand in mijn Engelstalige vriendenkring wist er echt een antwoord op te geven. Een Verenigde Stater veronderstelde dat oo vooral bij exotische leenwoorden hoorde als voodoo en taboo. Terwijl hij het toch ook wel iets kinderlijks vond hebben: oops, peakaboo, enz. Of als spannende plaatsnamen in oude reisboeken: Timbuctoo en Kalamazoo.
‘Geen Engelstalige aarzelt bij de uitspraak van oo maar wel even bij u. Die u aan het eind van Chengdu of Xanadu lijkt er maar een beetje bij te hangen en zal de 19de eeuwse Brit ongetwijfeld hebben verward: is het een lange of korte klinker?
Mogelijk werd het antwoord bepaald in een verhitte vergadering op 28 mei 1872, toen de brits-koloniale India Council uit meerdere transliteratie methodes besloot het zogeheten Hunterian System kozen.
Er was meteen veel kritiek, mede doordat het systeem het schrift van India, Nepal, Burma of Tibet omzet naar het Latijnse schrift al naar gelang het Engels bekt.
Maar nodig was het wel: in oude boeken lees je bijvoorbeeld bij samengestelde woorden soms hhhh op rij. Het systeem vond slechts geleidelijk ingang en evolueerde enigszins met de jaren.
De vroegste transcriptie van Kathmandu staat in een reisverslag van de jezuïeten Johann Grueber and Albert d'Orville uit de zeventiende eeuw: Cadmendu – zoals Verenigde Staters het soms uitspreken - overigens met een u aan het eind.
Kathmandu is vernoemd naar een oude tempel in het centrum van het toenmalige dorp. Deze mandap is, volgens zeggen, opgetrokken uit het hout van één boom zonder gebruik van spijkers.
Na intrede van het Hunterian System is het th-teken in het oorspronkelijke Kasthamandap vastgelegd in de officiële benaming van de hoofdstad in Latijns schrift.
- Wie nam de foto en wanneer?
Tot 1900 werden de meeste fotografische ansichtkaarten voor de Indiase markt in Europa gedrukt.
Naarmate de kwaliteit in eigen land verbeterde, stuurden uitgevers als Mizra & Sons in Delhi en The Phototype Company in Bombay, eigen fotografen naar alle uithoeken van het subcontinent. Toch is het aannemelijk dat de Katmandoo foto eerder werd genomen.
In 1850 mocht een van de vaste portretschilders aan het Nepalese hof, Purna Man, mee met de premier op staatsbezoek bij Koningin Victoria - en daarna door naar andere grote steden in Europa.
Waarschijnlijk bracht hij enkele camera's en chemicaliën mee terug, aangezien zijn nageslacht gedurende enkele generaties aktief was in de fotografie.
Verveeld en hunkerend naar moderniteit in het geïsoleerde Himalaya-dal wilde de elite met hun praal en paleizen op de foto. Ook om serieus te worden
genomen door de rijkere maharaj-families in India met wie bij voorkeur werd uitgehuwelijkt — om zo het nageslacht in de hoogste kaste-regionen genoteerd te houden. Uiteraard beseften de machthebbers ook het effect van fotografische propaganda in de vorm van statieportretten in elk openbaar gebouw.
Toch blijft het ook mogelijk dat de eerste fotograaf in Nepal een Europeaan was. Misschien een van de spaarzame gezanten of misschien wel de ernstig gewond geraakte militair Clarence Taylor.
Eind negentiende eeuw bloeide de westerse mentaliteit van meten is weten –- zeer tegengesteld aan de Aziatische levenshouding. Bekend zijn de antropometrische foto’s waarop blanke ‘wetenschappers’ de volkeren letterlijk langs de meetlat leggen als objects of investigation.
De Brits-koloniale overheid wilde een fotografische inventarisatie aanleggen van de vele 'stammen' van India –- hetgeen uiteindelijk moest resulteren in een soort van encyclopedie onder de naam The people of India.
De verminkte militair Clarence Taylor werd omgeschoold tot fotograaf en naar Nepal gestuurd. Hij bleek zowaar een vakman: een goed oog voor compositie alsmede kundig in het egaal uitsmeren van de zilveren emulsie op papier voor een eenmalige belichting.
Was Taylor de maker van de Katmandoo foto? Een van de mannen in beeld lijkt Europees — wellicht John Murray, een vriend van de fotograaf?
Eeuwenlang lag de Shamboo Stoopa een half uur lopen buiten de stad en daarna nog zo’n driehonderd uitgesleten treden naar de heuveltop; de gang ernaartoe was deel van de bezinning.
Enkele van de vele tempels, nisjes en beelden dateren mogelijk van zo’n tweeduizend jaar terug.
De huidige vorm van het Swayambhu tempelcomplex kwam grotendeels in de zeventiende eeuw tot stand. Nadat the monkey temple tijdens een zware moesson dreigde weg te zakken, goot Unesco de flanken van de heuveltop in gewapend beton.
Eenmaal bovenop de heuvel is de beloning wijds en zijds: soms zicht op een vallei met de majestueuze Himalayareeks op de achtergrond, andertijds zicht op een fantastisch gevecht van dreigend-donderdende moesson luchten..
Gedurende de laatste decennia is de heuvel volledig ingekapseld door de hoofdstad.
Gelukkig ademt mijn oude ansicht nog wel iets van de pastorale sfeer waarin het Unesco-monument ooit werd gebouwd.
All photographs and texts ©Kashba Ais Loupatty & Ton Lankreijer.Webdesign:William Loupatty