kashba

Tenzin Gyatso, een wonderlijk leven

Home


KASHBA Asiatica


Ais Loupatty & Ton Lankreijer


Staalstraat 6

1011 JL Amsterdam



Open 12:00 – 17:00

Zondag / Sunday 14:00 - 17:00




Contact:


31-20- 6 23 55 64

lankreijer@me.com

kashba@planet.nl


‘Maar als we nou vanuit Lausanne met een volle bus komen voorrijden?’ probeert een Amsterdamse boeddhistische groepering ons te overtuigen.


- Een bus vol wat?


‘Vol monniken.’


- Huh?


‘Om de beelden ongezien heen en weer over de Zwitserse grens brengen.’


- Ongezien?


‘De douane gaat ècht niet onder hun pij koekeloeren.’


- Tussen hun knieën dwingen ze Yamanthaka en Vajrapani tot stilte… Geloof je het zelf?


Dan maant de Tibetaanse lama met een klein handgebaar zijn sangha-staf tot stilte.


‘Op het juiste moment, bij de grensovergang, maken de beelden zich onzichtbaar’ zegt hij bezwerend, mij nadrukkelijk aankijkend, ‘trust me.’ 


In dat laatste zit ‘m nou net de kneep.


Het is 2009, Zwitserland is geen EU-lid en haar douane kent talloze voorwaarden en formulieren betreffende grensoverschrijdend goederenverkeer. 


Aangezien de zending ook nog eens retour moet, zijn er ook Nederlandse uit- en invoerdocumenten nodig.


- Sorry.

Voor de ontvangst van de dalai lama in de Amsterdamse Rai volstond versiering van het podium met twee grote bloemboeketten. 


De locatie in Lausanne is een ski-sporthal: een hoge, langwerpige constructie van staal en glas. 


De Tibetaanse gemeenschap wil er een wat


eigenere aankleding en sacrale intimiteit scheppen.


Naar verhouding met andere Europese landen woont er in Zwitserland een aanzienlijk aantal Tibetanen. Reeds decennia. 


In de vijftiger jaren vluchtten zo’n tachtigduizend Tibetanen, veelal lopend, over de hoge passen van de Himalaya – een zware, bitterkoude tocht van twee weken. 


Ze probeerden aan de gewelddadige Chinees-communistische overheersing te ontkomen. De elite om hun hachje te redden, de rest vanwege de drastisch oplopende armoede en hongersnood. In omringende landen als Nepal en India kwamen de meesten terecht in opvangkampen.

Begin zestiger jaren namen de VS, Canada, Taiwan, Nieuw Zeeland, als ook Zwitserland honderden vluchtelingen op — hooggelegen berglandschap was

inderdaad een VN- overweging bij de herhuisvesting van de voortvluchtige bewoners van ‘het dak der wereld’.


De eerste maanden van 1959 is het nog berekoud in Tibet, toch heerst er grote spanning in de hoofdstad Lhasa.


Buiten het zomerpaleis Norbulingka liggen gewapende Tibetaanse troepen in stelling, terwijl binnen een plan wordt gesmeed om – in de woorden van Mao – ‘het ei te rapen zonder de kip te laten schrikken’.


Als eerste stap in het vluchtplan stuurt de hofmaarschalk boodschappers naar de twee CIA-agenten die hij eerder nog de deur had gewezen. Met het dringende verzoek om naar Lhasa te komen. – A. Norman.


De Verenigde Staten zijn inmiddels reeds decennia ‘actief aanwezig’ in de landen rondom Tibet. Met als voornaamste doel: het communistische machtsblok van China en Sovjet gesplitst te houden, qua gezamenlijk landoppervlakte een immens uitgestrekt gebied, drie keer zo groot als de VS.


Als altijd spelen media & propaganda hierbij een medebepalende rol. Henry Luce, uitgever van de twee meest gelezen magazines in die tijd (Time en Life) besteedt veel aandacht aan China, Taiwan en Tibet. Luce was in 1898 in China geboren uit presbyteriaanse zendingsouders. 


De mediamagnaat ging uit van een toekomstige VS-wereldheerschappij en propageerde bijvoorbeeld dat president Kennedy Cuba zou binnenvallen.


Ook toen al kreeg de gevluchte dalai lama voornamelijk aandacht om communistisch China dwars te zitten: ‘The escape that rocked the Reds’.

‘De rest van de wereld moedigde de rebellen aan en veroordeelde hun onderdrukkers, maar deed verder niets. India, de grootste en sinds kort onafhankelijke buurman, gaf schaamteloos steun aan premier Nehru's volharding dat ‘India voor alles vriendschappelijke betrekkingen met Rood China wenste’.


‘De honderden lijken van vermoorde inwoners van Lhasa lagen in de straten en parken van de stad, van de gestripte medische hogeschool op de Chakpori-heuvel tot de gebarricadeerde hoofdstraat van Barkhor.’





‘Het geweervuur en munitie gehamer raakten de ramen van het Indiase consulaat. De enkele radiozender daar was de enige communicatieverbinding met de vrije wereld. En Rode Chinese colonnes en vliegtuigen vlogen kriskras over de schrale plateaus en smalle valleien van Tibet op zoek naar de vermiste Dalai Lama. - Time 20 april 1959


Nadat Jawaharlal Nehru via CIA-kanalen was gepolst en toestemming had gegeven, vluchtte het Tibetaanse parlement maart 1959, samen met de vierentwintig jarige dalai lama, naar India. 


 Op internet zijn er zelfs enkele filmfragmenten van te vinden.


‘De hofpaarden die ze bereden bleken ongeschikt voor de zware tocht. Nadat er teveel waren gestorven, verzocht het gezelschap aan een volgend dorp of ze hun lastdieren (yaks) mochten gebruiken. Daarop besloten veertig dorpsmannen en -vrouwen de ontsnappingsgroep te helpen door de bagage voor hen over de bergen te dragen.’ - wikipedia



Het heimelijk in de nacht vertrokken gezelschap ‘luisterde gespannen naar het geluid van geweervuur achter hen, wat zou betekenen dat de achtervolgende Rode Chinezen in gevecht waren gekomen met de achterhoede van de Khamba-stammen.


Vooraan speurden verkenners of er geen communistische parachutisten waren gedropt, bijvoorbeeld bij een pas, om hen de weg te versperren. De 35 Khambas van de achterhoede, de 75 ambtenaren, soldaten en lastdier drijvers waren gezamenlijk belast met een zware verantwoordelijkheid: het doen slagen van de ontsnapping uit Tibet van de God-Koning in hun midden – de 23-jarige veertiende Dalai Lama.- Time 20 april 1959


De Nepalese zijde van het Himalaya gebergte was allesbehalve onbekend met armoede, maar toch schrokken ze van de gevluchte hooglanders. 

Tot in de zeventiger jaren kon je het commentaar horen hoe ‘die lui soms stonken..!’

Op de ijzige hoogvlakte is het namelijk niet zo’n probleem om je handen even aan de stugge

yak-wollen kledij af te vegen. Als aan het eind van de winter de omslagjurk of monnikspij op zichzelf rechtop kan blijven staan, breekt met de lente en het dooien van de beekjes de tijd voor de was aan.


In de warmte aan de Nepalese kant van de Himalaya begon hun kleding alshetware te ‘ontdooien’: meerdere bacteriekolonies kwamen tot leven – met bijpassend odeur.


Een oudere vluchteling vertelde me ooit hoe in zijn dorp een Chinese legerleider besloot dat zijn soldaten ‘de persoonlijke hygiëne volgens de nieuwe communistische richtlijnen’ dienden te demonstreren aan het proletariaat. Het dorp werd om zeven uur in de ochtend naar de rivier gesommeerd – en dat deed het dorp maar al te graag.


Niet alleen om te zien hoe stoer de soldaten zich in het ijskoude water zouden houden, maar vooral om zich te verkneukelen op hoe de tere Chinese huidjes zouden

verschrompelen tot pijnlijk rimpelvel.

Aan het eind van de middag zat elke soldaat van top tot teen ingesmeerd met de plaatselijke ranzige yak-boter en roken ze als elk ander op de hoogvlakte.


Volgens schattingen telt de diaspora thans zo’n 250.000 Tibetanen, al is zo’n cijfer in toenemende mate nattevingerwerk: met elke nieuwe generatie vergroot èn verwatert het.

De gemeenschap van zo’n 4000 Tibetanen in Zwitserland wilde de dalai lama in gewijde sfeer ontvangen. Maar waar in Europa leen je kwalitatieve Tibetaanse beelden en rituele voorwerpen groot genoeg om niet voor het oog verloren te gaan op een breed podium in een sporthal met zo’n zesduizend bezoekers?


 

De organiserende lama in Lausanne kenden we slechts van naam – en niet iedereen bezigde die onverdeeld positief. Een gefortuneerde, gemeenschappelijke kennis stelde zich echter garant voor alles wat er eventueel kon mis gaan.


Na veel wikken en wegen bestond het smokkelplan uit twee grote, luxe kampeerwagens met oudere hello, we’re from America mannen achter het stuur.

De rituele voorwerpen verdwenen tussen de potten en pannen in de keukenkasten; een groot Yamanthaka-beeld lag onder de dekens in bed; een evenzo groot Vajrapani-beeld stond net even onder de douche, enzovoorts.


‘Trust me’, wij vlogen liever.


Echter, voor de juiste geschiedschrijving: zowel op de heen- als terugweg maakten de beelden zich kennelijk toch onzichtbaar…


Afgelopen maart kreeg ik de nieuwste dalai lama-biografie cadeau, geschreven door Alexander Norman, ’an acclaimed Oxford-trained scholar of the history of Tibet’. Ik ben beslist geen lezer van biografieën, maar de staat van beleg tijdens de covid 19 uitbraak legde een zee van vrije tijd op.


Bovendien zijn weinig levens zo onvoorstelbaar als dat van Tenzin Gyatso. Zijn levensloop leent zich inderdaad voor een dikke biografie — alleen moet die mijns inziens nog worden geschreven. Alexander Norman is uitstekend ingevoerd, kent


zijn onderwerp persoonlijk, het boek loopt over van goede en gedetailleerde informatie, maar de grondtoon is die van eerbetoon.


Het onvoorstelbare van Tenzin Gyatso’s levensverhaal zit ‘m niet alleen in de fascinerende samenleving op het ‘dak van de wereld’ met dat straffe klimaat.


Het is natuurlijk ook hoe hij als tweejarig wordt ‘herkend’ als the 14th mindstream emanation of the dalai lama (aan een vertaling waag ik me niet, sorry). 



Om vervolgens in diverse kloosterordes te worden onderworpen aan vèr strekkende scholing in ‘eeuwenoude spirituele oefeningen’.


Als hij ’s avonds in de enorme, vesting-achtige Potala ging slapen, kon hij de paleispoorten ruw horen sluiten, alsmede het geschreeuw van de wachters terwijl ze door de lange, kronkelige gangen marcheerden.


Zonder speelkameraadjes of ouders werd de Dalai Lama vroeg volwassen. Op zijn veertiende bezocht hij de grote kloosters van Drepung en Sera om deel te nemen aan de religieuze disputen van geleerde abten. Dit was een cruciaal moment, want van zijn intelligentie en lenigheid van geest zou het toekomstige machtsevenwicht afhangen.


Niet dat ze hem zouden afzetten als hij niet slaagde voor het examen; dan kon hij worden weggezet als marionet - een levende Boeddha, gemanipuleerd door gewiekste en kundige monniken. - Time 20 april 1959



Tevens krijgt hij opleiding in wereldlijk bestuur over een gebied ongeveer zo groot als West-Europa.


En dat in een tijdsgewricht dat vrijwel alle aangrenzende landen – sinds de dekolonisatie en het einde van de tweede wereldoorlog – op z’n zachtst gezegd in rep en roer zijn.


De gewijde jongeling wil zich liever terugtrekken om bouwkundige of techneut te worden. Hij dient zich echter staande te houden tegenover revolutionaire ijzervreters als Chiang Kai-shek, Mao Zedong en Jawaharlal Nehru. Tegelijkertijd vormt Tibet – met enkele weerbarstige, afgelegen provincies – allesbehalve een hechte eenheid die Tenzin als leider accepteert.



Veel Tibetanen verwelkomden de breuk met het feodale verleden: ‘Als we moderne methoden van anderen moeten leren, waarom dan niet van Chinezen?’


De Dalai Lama bracht een zes maanden durend bezoek aan het nieuwe China van Mao Tse-tung, luisterde geduldig naar lezingen over marxisme en leninisme, zag fabrieken, dammen, parades. - Time


 

Bij terugkomst consulteert Tenzin het staatsorakel. De kloosterabt Nechung is het twaalfde medium op rij en dient op zijn verzoek middels dans en andere rituelen in trance te komen om raad van gene zijde te geven.


Op 17 maart 1959 vroeg de dalai lama het orakel opnieuw om advies. Ditmaal, bij de derde trancesessie, wijzigde het orakel zijn mening en adviseerde: ‘Vertrek vanavond’.

Na de tranche-sessie zou het orakel dood zijn neergevallen.

Bij het vallen van de nacht vertrok de dalai lama vermomd op een wit paard. Zijn moeder, jongere broer en jongere zus reisden met hem mee, net


als een gezelschap leermeesters, adviseurs en enkele ministers.

De Amerikanen hadden deel in de acceptatie van de Indiase regering voor de vestiging van de dalai lama in het land. President Dwight D. Eisenhower bood de Indiase regering in ruil 400 studiebeurzen voor Indiase ingenieurs; voor een opleiding in kernfysica in de VS. In verband hiermee kreeg de eerste atoombom van India in 1974 de naam Smiling Buddha


De dalai lama had voor zijn reis een tas met Tibetaans papiergeld meegenomen. Door de Chinese machtsovername bleek dit niets meer waard. 


Uit het fonds van de CIA-agenten kreeg de dalai lama 200.000 Indiase roepies, zodat hij en zijn gevolg geldige financiële middelen hadden bij aankomst in India. – wikipedia


Ter bescherming van de vluchtpoging wordt de afschrik wekkende verdediger van de boeddhistische leer Dorje Shugden aangeroepen. 


Een van zijn twee persoonlijke leermeesters heeft Tenzin tijdens zijn opleiding jarenlang ingewijd in de magie en mystiek betreffende deze tantrische beschermer.

Toch zal de nog jonge dalai lama tot ieders verbijstering zo’n tien jaar later het toepassen van deze Dorje Shugden practice (meditatieve beoefeningen) hartstochtelijk verketteren. Tot in lengte van dagen en tot algemeen onbegrip zal hij hierop blijven hameren.


Zijn gevecht met deze mystieke manifestatie zal in elke biografie vele pagina’s moeten beslaan en geen zal tot een aannemelijke uitleg komen. In essentie betreft het – als ik het goed begrijp – een monastiek geschil uit de

veertiende eeuw dat met het verloop der tijd nauwelijks nog aandacht kreeg.

Ook in Lausanne wijdt Tenzin er ruim een uur aan. Het is dat de dalai lama spreekt anders was zijn verveeld gehoor niet blijven zitten.

In het gunstigste geval luidt de reactie: ‘Hij weet iets dat wij niet kunnen bevroeden.’



Maar buiten demonstreren – net als in Rotterdam, Amsterdam en elders – Tibetanen die luidkeels zijn status als spiritueel leider betwisten. ‘Hoezo compassie en geestelijke vrijheid…?!’

Zijn herhaaldelijk benadrukken van deze splijtzwam blijft maar moeilijk te rijmen met zijn onverdroten inzet om de uiteenlopende



boeddhistische scholen onder de Tibetaanse diaspora verenigd te houden.


In vele landen vond er eeuwenlang machtsstrijden plaats tussen wereldlijke en geestelijke heersers. Terwijl het plebs evenzo lang bleef morren: de kerk houdt je dom, de adel houdt je arm.

Die twee elkaar bevechtende partijen probeerden steevast de ander in te lijven. Om ten leste de ultieme macht te verkrijgen èn te behouden. Gelijk het Chinese T’ien-ming, hemels mandaat.


Elders in Azië door bijvoorbeeld de koning of maharadja tot een reïncarnatie van een godheid te verklaren, zoals in India en Nepal. Of door de abt van het machtigste klooster tevens als staatshoofd te installeren, zoals in Tibet, en zijn reïncarnatie telkens opnieuw te ‘herkennen’ in een kind uit gepaste kringen (zelden tot nooit onder de armen).




 

Na de vlucht uit Tibet begint voor de geestelijk èn wereldlijk leider met land noch volk een volstrekt ander, maar even onvoorstelbaar leven in India. 


Als veertiende dalai lama probeert de 24-jarige Tenzin de Tibetaanse vluchtelingen onderling solidair en bij elkaar te houden om het verzet tegen de Chinese regering te kunnen organiseren. Verre van eenvoudig allemaal en politiek uiterst precair als gast in een land dat juist de vriendschap met China wil aanknopen.


Wat de achterban betreft kan hij zich niet zomaar de rol aanmeten van wereldlijk leider. Sommigen van hen komen uit afgelegen provincies die van ouds her Lhasa niet of nauwelijks als hoofdstad erkenden. 


Evenmin kan hij zich opstellen als spiritueel leider van alle kloosters en scholen van het Tibetaans boeddhisme (waaronder enkele zeer fanatieke, onconventionele of juist zeer conservatieve richtingen).


Ook van de buitenwereld krijgt hij weinig ruimte. India acht zich politiek verantwoordelijk voor zijn doen en laten, verstrekt hem en zijn parlement geen reisdocumenten (om ook weer te kunnen terugkeren), hetgeen de communicatie met hulpverstrekkende instanties en regeringen zeer beperkt.


 

De Indiase premier Jawaharlal Nehru zet liever in op vriendschap met communistisch China (en ‘veronachtzaamt daarmee de verhouding tot de rest van Azië’ zal in India later het algemene oordeel over zijn beleid luiden).


De bestorming van Hongarije door de Sovjet-Unie in 1956 heeft in Azië niet de gefrustreerde woede aangewakkerd als in West-Europa. En het Amerikaanse blanke ras versus het blanke kolonialisme interesseert Aziaten ook niet echt. Maar de misdaad tegen Tibet heeft veel Aziatische ogen geopend. De onafhankelijke Times of Indonesia* waarschuwde dat het Rode China de weinige vrienden die het nog heeft, snel aan het verliezen is. -

Time 20 april 1959

(* tijdens de ‘geleide democratie’ van president Soekarno)


Als Nehru’s toenaderingspogingen tot Mao voornamelijk in vijandelijkheden blijven steken, krijgt Tenzin tenslotte toch toestemming enkele uitnodigingen te accepteren voor boeddhistische bijeenkomsten in landen als Japan en Sri Lanka. Het is het begin van zijn vele, wereldwijde reizen.


 Toch blijft hij tijdens de jaren zestig en zeventig mondiaal redelijk onbekend. Ondanks dat Tibet en de Himalayaanse hooglanden al eeuwen voor velen een magisch-mythische klank en aantrekkingskracht hebben. 


Van theosofen die er de ultieme geheime leer verwachten te vinden tot de SS-Ahnenerbe expedities die door Heinrich Himmler werden uitgezonden om er naar sporen van de oer-ariër te zoeken. 

Ook de opgekomen wereld van bergbeklimmers heeft nagenoeg geen belangstelling voor de Tibetaanse vluchtelingen.



In 1973 neemt Tenzin op uitnodiging van de stichting Hulp aan Tibetanen deel aan een interkerkelijke bijeenkomst in Nederland.


Tekenend voor de kringen waar de vooroorlogse hang naar magie en mystiek dan nog resoneert zijn wellicht degenen die hem ontvangen: Prins Bernhard (koningin Juliana had graag gewild maar mag niet), Kardinaal Alfrink en Ir. Philips.




Ook in 1986 maakt in het Volkenkundig Museum te Leiden een elitair groepje van zo’n veertig bekakte bejaarden hun opwachting. Naderhand ontmoet hij alsnog prinses Juliana en Irene.


Volgens biograaf Norman brengt zelfs de Nobelprijs voor de Vrede van 1989 aanvankelijk maar weinig verandering in zijn mondiale bekendheid. Ook de toekenning van de prijs duidt de wereldpers voornamelijk als kritiek op China.


De echte doorbraak komt in 1991 als president George Bush (de eerste) hem ontvangt, zij het niet in het Witte Huis.


“De president verwelkomt de inzet van de dalai lama voor geweldloosheid en zijn inspanningen om een dialoog met de Chinese regering op gang te brengen” aldus het Witte


Huis. Het zou de standaardtekst worden bij latere ontmoetingen met andere presidenten. - Washington Post


Meteen daarop organiseert Tenzin’s regering in ballingschap een wereldtournee voor ‘the man of the hour’. Van president naar paus, prins en premier, van


Europa naar Zuid-Amerika en Australië…. pas na een klein jaar keert hij uitgeput terug in Dharamsala, India.


Thuis in Dharamsala, 'de winterhoofdstad van de Indiase staat Himachal Pradesh.


Aangezien hij zich maar moeilijk als wereldlijk leider kan profileren, verschuiven zijn reisdoelen mettertijd van politieke ontvangsten naar culturele, spirituele of wetenschappelijke bijeenkomsten.


Toch komt er ook kritiek op de ‘goedheiligman’. Sommigen halen zijn banden naar boven met de CIA Special Activities Devision ten tijde van de Chinese bezetting (’50-’59). 


Of op zijn steun aan het Indiase leger ten tijde van Indira Gandhi’s oorlog over het verzelfstandigen van West-Pakistan tot Bangladesh (1971). Kritiek op zijn omgang met talloze Hollywood-sterren (eerder andersom).                                            




 Met Indira Gandhi.


Of op zijn deelname aan een tv-kookprogramma in Australië…


Gezien de soms ronduit krankzinnige vragen die het westerse publiek hem in Lausanne stelden, zal er onvermijdelijk nog veel meer precairs of pijnlijks gepasseerd zijn in zijn lange leven – waar hij uiteindelijk maar zeer ten dele zeggenschap over heeft.


Doorgaans komt hij letterlijk goed weg met een korzelige of hilarische opmerking, die lichamelijk gepaard gaat met een wat houterige motoriek –– misschien dankzij het vele lotuszitten. Zoals in 1986 aan tafel bij het praatprogramma van Adriaan van Dis. Op gegeven moment vindt hij het welletjes en staat op. Van Dis weet niet hoe snel hij nog ‘een laatste vraag’ moet opwerpen om de leiding te behouden en zelf het interview af te ronden.


Biograaf Norman oppert dat Tenzin na het afleggen van zijn functie als wereldlijk leider vooral sympathie ondervond door het wereldwijd uitdragen van compassie als boeddhistische boodschap.


Voor de zeer diverse Tibetaanse diaspora werd hij met de jaren het voornaamste symbool van hun herkomst. Dit leidde regelmatig tot de vraag: hoe straks verder? Valt de Tibetaanse gemeenschap bij zijn overlijden uit elkaar… of keert hij weder als middelpunt?


Zonder het begrip reïncarnatie zouden er geen veertien opeenvolgende dalai lama’s zijn geweest. Geen interview met Tenzin zonder de vraag of hij nog ‘terugkomt’. Ook omdat zijn eventuele wedergeboorte enigszins politiek gevoelig ligt met China en Ind

Maart 2015 meldde de New York Times dat de Chinese regering woedend [is] over de recente speculatie van de 79-jarige Dalai Lama dat hij dit keer misschien niet zou reïncarneren, waardoor de Chinese plannen werden verijdeld om een 15e Dalai Lama aan te wijzen die de communistische partijlijn zou volgen. De ambtenaren (van het Chinese Bureau Religieuze Zaken)


waarschuwden herhaaldelijk dat hij moet reïncarneren, en wel op hun voorwaarden.


Meer dan de helft van de wereldbevolking is niet vertrouwd met het denkbeeld van een eigen ziel die bij overlijden naar de hemel of hel vertrekt.


Wel zijn onder andere de hindoe- en boeddhisten vertrouwd met het begrip ik dat zich tijdens het leven opbouwt uit ervaringen, conditionering, gedachten, kortom geheugen. Dit persoonlijke bewustzijn, dit brein-gebonden zelf, creëert innerlijk een hoop herrie en blokkeert werkelijke intelligentie.


Wàt er dan precies zou moeten reïncarneren om uiteindelijk de hergeboorte van de opvolgende dalai lama te herkennen in een kind, is mij een raadsel. 




Het enige, eventuele argument voor de reïncarnatie theorie lijkt me het feit dat baby’s huilend ter wereld komen

De reïncarnaties tussen de vijfde en de dertiende dalai lama’s kregen nauwelijks gestalte – met enige uitzondering voor de zevende die (gedwongen door politieke machtswisselingen) het grootste deel van zijn leven buiten Lhasa doorbracht met het schrijven van spirituele gedichten




- Hoe kunt u zo stellig over wedergeboorte zijn, vroeg iemand de huidige dalai lama ooit. ‘Niemand herinnert zich z’n geboorte en toch twijfelt niemand er aan,’ luidde zijn antwoord.


Intrede in de tijd laat zich echter niet rijmen met uittrede naar tijdloosheid. Of zoals oude wijsgeren het stellen: ’Bij overlijden vindt er geen verandering binnen de tijd plaats, maar een overgang naar het tijdloze.’


De voormalige opstelling in het Wereldmuseum toonde centraal een uniek beeld van de zevende dalai lama: Kälsang Gyatso. 


Bij de ingang van Tibetaanse tempels staat steevast het levenswiel afgebeeld. De schildering toont aan ongeletterden in het boeddhisme, zoals ik, de cyclus van dood, wedergeboorte, dood, wedergeboorte, enzovoorts.



Buìten het wiel, rechts bovenin, verwijst doorgaans de figuur Avalokiteshvara (compassie) naar de linkerkant: de historische boeddha en zijn leer. Hèm is het hier op aarde immers gelukt aan al het lijden te ontsnappen. Met andere woorden: tijdens het leven, binnen de tijd.




De uitgebeelde boodschap luidt: kennis en compassie dienen samen te gaan om tot wijsheid te komen. Om het hedendaags te stellen: alleen kennis kan leiden tot zoiets als een atoombom, alleen compassie tot bijvoorbeeld het medelijden waar de meeste hulpacties van leven.


Het is de essentie van het Tibetaanse boeddhisme: het samengaan van kennis (diamanten sutra) en compassie (lotus sutra) en zit vervat in de eindeloos herhaalde mantra om mani padme hum.


Maar als je inziet, denk ik dan, dat reïncarnatie slechts een aanname of geloof is waardoor o.a. de ‘juiste regenten’ op machtige posities terechtkomen, m.a.w. een onderdrukkings-systeem, dan is de oplossing toch simpel: weg ermee?




Pelgrimstenen en yak-hoorns, achtergelaten rond het klooster van Shigatse.


In 1959 stelde het wereldwijd beeldbepalende weekblad Time: Het Tibet dat hij op een dag zou regeren is een overblijfsel van het oude oosterse feodalisme. Tweemaal zo groot als Texas, gelegen in het hart van Azië, is het een land van bergen en krater-achtige valleien die van de maan lijken te zijn losgerukt. De mensen zijn er knap, vrolijk en onbeschrijflijk vuil. Ongeveer vier-vijfde van hen werkt om één-vijfde te ondersteunen, namelijk degenen die opgesloten zitten in de lama-kloosters.

Het weinige land dat niet in het bezit is van de monniken, behoort ofwel aan de dalai lama ofwel aan de ongeveer 150 adellijke families die door de eeuwen heen hun namen en akkers intact wisten te houden dankzij een mengeling van polygynie en polyandrie. - Time


Polygynie: één man is met meer dan één vrouw getrouwd (in de Himalaya doorgaans zusters). Polyandrie: één vrouw getrouwd met meerdere mannen (in de Himalaya doorgaans broers).


Waar komt het idee reïncarnatie anders vandaan dan uit een verlangen tot voortbestaan? Oftewel: uit behoud en hechting. Redelijk a-boeddhistische drijfveren, dacht ik.


Eens, toen Tenzin over zijn vorige incarnatie als de 13e dalai lama sprak, mijmerde hij: ‘Grappig dat het voormalige lichaam zo dol was op paarden en dat die voor mij zo weinig betekenen.’


Het hebben van ‘iets als een ziel’ zit echter wereldwijd bij menigeen dieper verankerd dan het idee van een god, voorvaderen of andere externe reli-autoriteiten.



Misschien hecht Tenzin (zich) vooral aan het reïncarnatie-systeem opdat de Tibetaanse diaspora na zijn overlijden een algemeen leider behoudt.


Zijn opmerking om misschien maar helemaal niet te reïncarneren, zal ongetwijfeld gericht zijn geweest aan de Chinese regering. Om te voorkomen dat Beijing een kind naar eigen keuze zal parachuteren in Tibet als de nieuwe dalai lama. 


Zoals het verging bij de benoeming van de elfde Panchen Lama in 1995: eerst kreeg het kind de ‘



juiste opleiding’ in Beijing, de rest van zijn leven mocht het de abt van het grote klooster in Shigatse wezen.


Om zijn opvolging veilig te stellen kan Tenzin ook gebruik maken van de minder bekende ma de tulku optie: bijtijds een jong lichaam aanwijzen waarin ‘the 15th mindstream emanation’ zal reïncarneren. 

Geschiedenis leert echter dat vorstenhuizen, politici, executives en andere leiders zelden tot nooit serieuze aandacht voor hun opvolging hebben.


De geïsoleerde, eeuwenoude Tibetaanse samenleving en cultuur werd vanaf de vijftiger jaren achtereenvolgens:


- vernietigd of zelfs opgeblazen door maoïstisch China


- verdrongen door massale immigratie van nieuwe ‘landgenoten’


- en ten slotte verkitscht door aanwas van Chinese ‘gelovigen’.


 Het gerucht gaat dat zelfs de vrouw van de huidige president ‘sympathie voor het boeddhisme’ koestert. 


Net als in Japan wenden mensen zich op


latere leeftijd graag tot het boeddhisme omdat deze ‘geloofsrichting’ voor hun zielenheil de reïncarnatie-theorie in de aanbieding heeft.


De laatste decennia draagt Tenzin Gyatso, –– leider zonder land en onderdanen –– wereldwijd alleen nog de Tibetaanse levensovertuiging  en cultuur uit. De vraag is of die zonder hem als middelpunt evenveel aandacht zullen krijgen.


Om de toekomst te schetsen, refereert biograaf Alexander Norman aan ‘lost civilizations’ als de Feniciërs en Kelten. 


Hij had dichter in de buurt kunnen blijven: de Zuid-Indiase Pallavas, de Chinese Sanxingdui, de Khmer ten tijde van Angkor Wat of de Shailendra bouwers van de Borobudur –– om er maar enkele te noemen.


Op den duur krijgt Norman wellicht gelijk en verdwijnt het ‘magisch-mystieke Tibet’ als een verloren beschaving naar de musea.


Jammer, maar als het leven op de Himalayaanse hoogvlakten èrgens mee vertrouwd was, dan was het wel vergankelijkheid.


De laatste jaren lijkt Tenzin Gyatso het boegbeeld van de boeddhistische wereld geworden. Als weinig anderen is het hem gelukt de wereld met boeddhisme bekend te maken. 


Dat men - van Japan en China tot en met Europa en de VS – er een geheel eigen invulling aan geeft, doet daar niets aan af. Evenmin dat sommige lama’s het westerse glitter of andere geneugten niet konden weerstaan. 




Wellicht behoren al deze ontwikkelingen wel tot de evolutie van het boeddhisme en zijn ze noodzakelijk voor haar voortbestaan. 


Al is Tenzin daar misschien niet gerust op en riep hij daarom in Lausanne geregeld tot z’n toehoorders: ‘It’s all in the books!’ — de oude geschriften welteverstaan, niet zozeer de vele ‘boeddhistische’ zelfhulp boeken.


Biograaf Norman maakt Tenzin Gyatso reeds vele jaren veelvuldig mee tijdens publieke optreden. Hij verwondert zich over het gemak waarmee Tenzin steeds weer interesse opbrengt voor de toegestroomde belangstellenden. 


Een prominent of filmster hoeft doorgaans alleen maar te glimlachen en te wuiven. Tenzin krijgt telkens een stortvloed aan levensvragen over zich heen. En soms kun je die niet anders meer beantwoorden dan met grapjes…


2009. Vanwege zijn komst naar Lausanne staat de hal van het chique Hôtel Beau-Rivage Palace – waar hem voor drie dagen de bovenverdieping is gegund – overvol en ongeduldig op hem te wachten. 


Er zijn mensen uit heel de wereld: lama’s, tulku’s, volgelingen (waaronder uit Nederland), organisatoren van mega-events in de VS, Zwitserse cameraploegen, fotografen, enzovoorts. Tussendoor staat her en der ‘de Tibetaanse diaspora’, waaronder enkele zeer bejaarde monniken.


Zodra Tenzin Gyatso binnenkomt, gaat er een trilling door de meute die prompt naar

voren dringt. Door te blijven staan krijg ik zicht op wat er allemaal plaatsvindt.


Met een open blik, maar braaf in het voetspoor van zijn beveiligers, richt Tenzin zich - zo te zien tamelijk willekeurig - tot enkelen onder de wachtenden. 


Aan hun gezicht valt af te lezen dat ze door zijn aandacht of korte aanraking iets bijzonders ervaren. Ogenblikkelijk vormen omstanders er een kringetje. Maar ongedwongen doet Tenzin een paar stapjes terug om evenzo vriendelijk de pas erin te houden. 




Bijgevolg staat hij binnen een kwartiertje in de glazen lift naar boven en wuift vriendelijk naar de hal vol gelukzalige glimlachjes…


‘Uiteindelijk is de reden waarom liefde en mededogen het grootste geluk brengen simpelweg dat onze natuur die twee boven alles koestert. De behoefte aan liefde ligt aan de basis van het menselijk bestaan.’ - Tenzin Gyatso


Blog inhoud


Home



 

1 aug. 2020 06:50










All photographs and texts ©Kashba  Ais Loupatty & Ton Lankreijer.Webdesign:William Loupatty